DUO MET VIOLISTE URSULA SCHOCH
Ursula Schoch – viool
Ursula Schoch werd in 1971 te Ludwigsburg geboren. Als vierjarige kreeg ze haar eerste vioollessen. In Trossingen was haar leraar professor G. Baynov en na haar middelbare school studeerde zij aan de Musikhochschule van Keulen bij professor Saschko Gawriloff. Tijdens haar studie nam ze tegelijkertijd ook kamermuzieklessen bij het Alban Berg strijkkwartet.
In 1987 behaalde Ursula met haar trio de eerste prijs bij ‘Jugend Musiziert’, het nationale muziekconcours voor de jeugd in Duitsland. In 1990 herhaalde ze deze prestatie, nu als solovioliste. In 1992 was ze eerste prijswinnares van het ‘Deutsche Musikwettbewerb’. Aansluitend hierop speelde ze solo- en kamermuziekconcerten, o.a.een recital met solowerken van J.S. Bach bij de ‘Ludwigsburger Schlossfestspiele’ en als soliste tijdens verschillende tournees binnen Europa, naar Japan, Centraal-Azië, Amerika en Afrika.
Van 1998 tot 2000 was Ursula lid van de Berliner Philharmoniker. Sinds het seizoen 2000/2001 is zij Tweede Concertmeester van het Koninklijk Concertgebouworkest in Amsterdam. Ursula bespeelt een viool van J.B. Guadagnini. Bij het label ‘Bayer Records’ zijn van Ursula Schoch CD’s verschenen met vioolconcerten van Mendelssohn, Mozart, Brahms, Barber en Bruch en met vioolsonates van Franck, Debussy en Poulenc.
Sinds 2006 vormen violiste Ursula Schoch en pianist Marcel Worms een duo.
We kunnen u drie verschillende programma’s aanbieden.
1.JAZZINVLOEDEN IN DE 20STE-EEUWSE MUZIEK VOOR VIOOL EN PIANO
Voor dit programma stelden Ursula Schoch en Marcel Worms een bloemlezing samen uit het modern-klassieke repertoire voor viool en piano, dat in mindere of meerdere mate door de jazzmuziek is beïnvloed. De ontwikkeling van de jazzmuziek in de Verenigde Staten aan het eind van de 19de en de eerste decennia van de 20ste eeuw heeft ook de hoofdzakelijk klassiek georiënteerde componisten niet onberoerd gelaten. Voor het eerst beschikten Amerikaanse componisten over een authentieke, nationale muziek (zij het met de nodige Afrikaanse en Europese invloeden) en die verwerkten zij op persoonlijke wijze in hun eigen idioom. Vele van hen, onder wie George Gershwin, Aaron Copland (die in zijn ‘Ukelele Serenade’ de viool transformeert tot ukelele) en -minder bekend – Louis Gruenberg verwerkten de nieuwe stijl gretig in hun eigen idioom.
Toen de nieuwe jazzmuziek rond 1920 naar Europa overwaaide bleken hun Europese collega’s hier evenmin ongevoelig voor. De spontaniteit van de nieuwe muziek, de nieuwe klankmogelijkheden, de vitale ritmiek, het verfijnde, swingende rubato en de improvisatie, die onlosmakelijk met de jazz verbonden is – het waren allemaal tot de verbeelding sprekende elementen. Elke componist, die de jazz in zijn muziek verwerkte deed dat uiteraard op zijn eigen manier. De ene componist bleef dichter bij het origineel, de andere gebruikte allee oppervlakkige elementen. De Poolse componist Alexander Tansman kwam op jonge leeftijd naar Parijs en verwerkte de jazzmuziek, die hij daar hoorde in zijn Sonatine transatlantique. Zijn collega Maurice Ravel had toen al de Blues op zeer verfijnde wijze in diens vioolsonate verwerkt. In Midden-Europa viel de jazzmuziek ook al in vruchtbare bodem. Erwin Schulhoff had in Praag als jazzpianist gewerkt en pikte vooral de verschillende in de jazz gebruikte dansvormen bekwaam op. Schulhoffs werk werd – in combinatie met zijn joodse achtergrond en communistische sympathieën – door de nazi’s als ‘entartet’ beschouwd. Het heeft tot zijn vroege dood geleid. Zijn collega Wilhelm Grosz – al bekend door het jazzy muziektheaterwerk ‘Baby in der Bar’ (1927) en ook door de nazi’s verguisd – kon tijdig naar Amerika uitwijken. Als geheel geeft dit programma een kleurrijk beeld van de turbulente tijd van het interbellum, waarin tal van ontwikkelingen op alle terreinen van de kunsten plaatsvonden.
Dit programma legden wij in 2017 vast op de cd Jazzettes.
Het complete repertoire is te zien bij Discografie.
2.EEN KLASSIEK PROGRAMMA
Een keuze uit ons repertoire :
- W.A. Mozart – Sonate voor viool en piano in e kl.t. K.V. 304
- Ludwig van Beethoven – Sonate F gr.t. op.12 nr.1
- Francis Poulenc – Sonate voor viool en piano (1949)
- Paul Hindemith – Sonate voor viool en piano in Es gr.t. op.11 nr.1 (1918)
3.FRANS PROGRAMMA
Sonates voor viool en piano van César Franck, Claude Debussy, Maurice Ravel en Francis Poulenc.